Lege schappen?
En wéér dook Wit-Rusland op in het nieuws. Het gaat al een tijdje heel slecht met de Wit-Russische roebel, die een vrije val heeft gemaakt . De inflatie is al een flinke poos meer dan dertig procent. Dit is een effect van de economische crisis van 2008. Het is flauw maar waar: Wit-Rusland loopt zoveel achter, dat ze hem nu pas merken. Een andere oorzaak is de moeizame verhouding met Rusland. Wit-Rusland kon jarenlang van alles tegen vriendenprijsjes van de grote buur kopen en ze vervolgens, na bewerking, tegen marktprijs doorverkopen. Dat geldt bijvoorbeeld voor de olie uit de fabriek van Mozyr, waar Paulina’s vader kok is. Nu wil Rusland graag reële prijzen hebben, óf het land stelt forse voorwaarden. Ook de verhoging van de ambtenarensalarissen, een cadeautje dat Loekasjenka voor de verkiezingen uitdeelde, doet de economie geen goed.
In het nieuws horen we over lege schappen en lange rijen. Er zijn al journalisten die de situatie hebben vergeleken met 1988, toen de winkels in de hele Sovjet-Unie leeg waren. Maar die vlieger gaat absoluut niet op, zegt Paulina. Ja, alles is duurder, en dat is een groot probleem omdat de salarissen niet gestegen zijn. En soms zijn sommige producten, zoals luiers, even niet te krijgen. Zo erg als in 1988 is het dus bij lange na nog niet. Maar, zegt Paulina, voor arme mensen ligt het veel gecompliceerder. Zij konden vaak al nauwelijks rondkomen bij het oude prijspeil en moeten nu dus flink sappelen. Gelukkig eten arme oude mensen op het platteland vaak uit hun eigen tuin, maar precair is hun situatie wel.
Voor Paulina en haar gezin is het vooral heel vervelend dat het onmogelijk is om aan dollars of euro’s te komen. Geld wisselen kan niet meer, het geld moet echt uit het buitenland worden meegebracht. Zoals de meeste mensen in hun situatie, sparen ze niet op een bankrekening, maar verzamelen vreemde valuta. Die zijn immers veel stabieler dan de roebel. Door de inflatie is de vraag naar dollars en euro’s dus alleen nog maar toegenomen.